1e pagina
Welkom in het land van Zipp.
Met z'n drieën stappen ze flink door, Thinky vliegt boven hun hoofd en wijst hen de weg. Ze zijn nu bij de bergen en staan recht voor de voorste berg. "Kom" zei Thinky, "denken jullie dat jullie er dwars door heen kunnen? HiHiHi. Links af langs de voorste berg, zie je daar dat paadje, daar moeten jullie langs, denk er aan hier groeit allemaal jeukkruid, zorg dat je er niet tegen aanloopt." Thinky vliegt nu wat sneller, het lijkt wel of ze ineens haast heeft. "Wacht even, niet zo vlug, we kunnen je niet bijhouden, stop zo gaat het niet! "Knampie is buiten adem en ploft neer op het gras, waarbij hij toch eerst even kijkt of er geen jeukkruid staat. "Pff ik kan niet meer, "ook Knop en Knoem gaan zitten en voor Thinky zit er niets anders op om zich bij hen te voegen. "Nou eventjes dan, hebben jullie soms ook honing bij jullie? Ik begin nu toch wel honger te krijgen. "Knoem kijkt in zijn rugtas en ziet dat er nog één broodje met honing is en geeft dat aan Thinky, die met haar kleine tongetje de honing van het broodje likt, onderwijl nemen Knoem, Knop en Knampie het laatste restje vlierbessen thee. "Zeg, vertel eens even Thinky, hoe weet Zipp eigenlijk dat we komen?" "Ja hoe weet hij dat we onderweg zijn naar hem?" "Eh, weet Zipp ook waarom we bij hem komen?" Thinky begint weer te lachen, "Zipp kijkt in zijn bol, hebben jullie geen bol in jullie dorp?" Alle drie kijken ze of ze water zien branden, "een bol, nee wij kennen geen bol, wat bedoel je daarmee Thinky?" Nou een bol, waarin je kan zien wat anderen doen." "Kan Zipp dan zo bij ons in het dorp kijken en zien wat we aan het doen zijn?" "Ja, ik mag er ook wel eens in kijken, ik zag dat jullie kruiden aan het zoeken waren en dat Knampie zijn verhaal over de dieren zocht. En dat die oude uil wist dat Zipp het verhaaltje meegenomen had, dus toen wisten we gelijk ook dat jullie hierheen kwamen! " "Kom nu moeten we weer op schieten, want ik heb niet de hele dag de tijd, trouwens jullie ook niet, als je vandaag ook nog terug wil, het is al bijna middag, kijk de zon staat al hoog aan de hemel." "Ja dat merk ik, "zegt Knoem, en hij pakt een grote zakdoek, legt er vier knopen in en zet het op zijn hoofd, "zo dat scheelt, kan mijn bolletje niet verbranden. " Het slingerpad gaat langs de eerste, de tweedde en de derde berg. En dan houdt het pad plotseling op. "Wat nu?" Ze staan voor de vierde berg en er is geen pad meer verder. "HiHiHi, zie je wel dat jullie zonder mij nooit bij het huisje van Zipp kunnen komen." Ze pakt een stokje onder haar jurkje vandaan en tikt zachtjes tegen de vierde berg en langzaam verschijnt er een opening, waar ze doorheen kunnen. Verbaasd staan de drie vrienden te kijken. "Kom opschieten, hier moeten we doorheen, voordat de opening weer sluit. "Voordat ze het weten staan ze aan de andere kant van de berg, voor een grote doornen struik. Knampie wil al zijn hakbijl pakken om zich een weg te banen door de stuiken. "Ho stop, wat wil je nou gaan doen? Zipp zou heel boos worden als je zijn mooie struiken zou vernielen. Nee het laatste stukje gaan we vliegen." "Vliegen?".........
"Wij hebben geen vleugels hoor! " "Nee kijk daar! " Drie grote zwanen staan parmantig in het gras en komen net naar hun toe. "Stap maar op hun rug, de benen tussen de vleugels en ......." Joehoe ik vlieg, ja ik ook en ik ook, machtig, steeds hoger en hoger, wat lijken de bergen nu klein en kijk daar, het huisje van Zipp, hij staat al buiten en zwaait naar ons. "Even snel als ze omhoog gevlogen zijn, dalen ze nu vlak voor de voeten van Zipp, die een diepe buiging maakt voor zijn gasten.
"WELKOM in het land van Zipp."
Hoe het verder gaat lezen jullie volgende week in Knoem 18.

|